Intersectionaliteit

Intersectionaliteit of kruispuntdenken is het idee dat mensen discriminatie en onderdrukking kunnen ondervinden in onze maatschappij op basis van verschillende identiteiten tegelijkertijd.

De term werd voor de eerste keer specifiek benoemd door Kimberlé Crenshaw in 1989. Als juriste zag zij hoe het Amerikaanse rechtssysteem zich baseerde op individuele vormen van discriminatie: een zaak werd bekeken in het kader van ofwel racisme ofwel seksisme, maar niet beide tegelijkertijd.

Daardoor ontken je dat zwarte vrouwen als groep te maken hebben met specifieke uitdagingen, legt Crenshaw uit. Wanneer een zwarte vrouw seksisme ervaart, is dat op een andere manier dan een witte vrouw seksisme ervaart, net zoals een zwarte vrouw racisme anders ervaart dan een zwarte man. Discriminatie gebeurt op basis van gender én huidskleur; die twee dingen kunnen niet los van elkaar gezien worden.

Tegenwoordig wordt intersectionaliteit breder bekeken dan enkel het kruispunt tussen gender en etniciteit. Ook andere aspecten van je identiteit beïnvloeden de manier waarop je gediscrimineerd of onderdrukt kan worden in onze maatschappij. Denk hierbij aan leeftijd, sociale klasse, lichamelijke functiebeperking, religie en lichaamsvorm.

Al deze aspecten kunnen een reden zijn waarom iemand discriminatie ervaart in onze maatschappij. En als je al deze aspecten bekijkt als straten die elkaar kruisen, dan zie je dat sommige mensen op een kruispunt staan waar meerdere aspecten samenkomen en elkaar kunnen versterken. Een intersectionele vorm van activisme betekent dan ook dat je rekening houdt met verschillende vormen van discriminatie en onderdrukking die onderling gelinkt zijn en invloed op elkaar kunnen uitoefenen.